Wanneer de afvoer van spijsverteringssappen wordt belemmerd (bijvoorbeeld door stenen) is het mogelijk dat de alvleesklier niet het voedsel, maar zichzelf begint te verteren. Deze toestand gaat gepaard met ontstekingsverschijnselen: dit is een acute alvleesklierontsteking (pancreatitis). De alvleesklier produceert eveneens insuline, een hormoon waarmee de suikerstofwisseling wordt geregeld. Een tekort aan insuline leidt tot suikerziekte.
Een acute alvleesklierontsteking is vaak het gevolg van een verstopping van de afvoergang van de alvleesklier door galstenen of veelvuldig alcoholgebruik. Soms blijft de oorzaak onbekend.
Een chronische alvleesklierontsteking is vaak het gevolg van alcoholisme, maar kan ook te maken hebben met andere factoren, zoals galstenen of een genetische afwijking. Een chronische alvleesklierontsteking zorgt voor een chronische pijn, meestal in de rug. Deze ontsteking komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen.