4. De prothese

Een beenamputatie

Op het spreekuur met de prothesemaker wordt samen met de revalidatiearts besproken welk type prothese voor u het meest geschikt lijkt.

Verschillende factoren spelen daarbij een rol:

  • de lengte van de amputatiestomp en het niveau van de amputatie. Waar zit de amputatie, bij uw voet, enkel, onderbeen, bovenbeen;
  • de conditie van uw hart en longen;
  • de conditie van uw andere been;
  • uw coördinatie, houding en evenwicht;
  • uw zelfvertrouwen;
  • uw doorzettingsvermogen;
  • uw leeftijd;
  • zitten er op de huid van de stomp wondjes en kunt u wel druk of iedere vorm van aanraking aan de stomp verdragen.

                        

Er zijn verschillende mogelijke technieken beschikbaar om de prothese aan om uw stomp te bevestigen. Meestal wordt hierbij gekozen voor een liner, dat is een stevig kousvormige hoes van bijvoorbeeld siliconen of gel-materiaal met aan de buitenkant een stoffen bekleding. Hieraan kan een pin bevestigd worden, waarmee de prothese vastgeklikt wordt als u in de prothesekoker stapt. Deze liner wordt verstrekt als de wond genezen is en de omvangmaten van de stomp stabieler worden. Als u de liner goed kunt verdragen, kan vaak de prothese aangemeten en gemaakt worden. In de tussentijd kan soms al gestart worden met proeflopen op een oefenprothese met de fysiotherapeut. Zodra uw eigen prothese is verstrekt, kunt u verder gaan oefenen met lopen onder leiding van de fysiotherapeut. 

                          

Bron 

  • Folder Beenamputatie, het einde of een nieuw begin. 2017-01 Jeroen Bosch ziekenhuis.
  • Folder Beenamputatie, opname op de afdeling orthopedie. 2015-09 Radboudumc 

Opbouwschema liner 

Het dragen van een liner doet u overdag.
’s Nachts doet u de liner uit en draagt u een elastische stompkous of zwachtelt u de stomp. 

Als u gaat beginnen met het dragen van een liner, doen we dit doorgaans via een opbouwschema. 

  • De 1e dag mag u de liner 2x 2uur aan.
  • De 2e dag mag u de liner 2x 3 uur aan.
  • De 3e dag mag u de liner 2x 4 uur aan.
  • De 4e dag mag u de liner 2x 5 uur aan.
  • De 5e dag mag u de liner de gehele dag dragen. 

Heeft u de liner uit dan moet u uw stomp controleren op plekjes en dan de stomp zwachtelen. Ontstaan er rode plekken die niet wegtrekken of ontstaan er huid problemen, bouw het schema dan niet op, of stop met de liner en neem contact op
met de revalidatieverpleegkundige. Als u de liner niet meer aan heeft moet u de stomp zwachtelen. 

Het aan- en uittrekken van de liner 

  • Zorg er allereerst voor dat de binnenkant van de liner schoon en droog is.
  • De liner wordt binnenstebuiten aan gedaan.
  • We drukken het harde gedeelte van de liner tegen de stomp, er mag geen lucht tussen de stomp en het harde gedeelte inzitten.
  • We rollen de liner dan over de stomp, er mogen geen plooien ontstaan. Als je bij de knie bent dan buig je deze een beetje en rolt dan de liner verder over je knie daarna strek je je been weer. Dit is om de druk op je knie wat minder te maken.
  • Zit de liner goed, geen lucht tussen je stomp en het harde gedeelte en geen plooien, dan ga je met je vinger rondom je been, dit voorkomt blaren.
  • Gaat het aantrekken van de liner niet goed, dan de liner afdoen en opnieuw starten met de aantrekken.
  • Als uw liner aan de onderkant voorzien is van een aansluiting, dan moet deze in het midden onder uw stomp bevestigd worden.
  • Het uittrekken van de liner gaat in omgekeerde volgorde, u slaat de bovenrand een stukje om en u rolt de liner van uw stomp af. 

Schoonhouden van de liner 

Schoonhouden van de liner is heel belangrijk. Als dit niet goed gebeurt, kunnen er huidproblemen ontstaan. 

  • De liner heeft hele kleine gaatjes waardoor deze de huid van de stomp niet helemaal afsluit, huidcellen blijven aan de liner kleven en kunnen deze gaatjes afsluiten. Daarom moet de liner iedere dag schoongemaakt worden met water en een ongeparfumeerd wasmiddel, daarna goed naspoelen.
  • Breng de liner dan zo snel mogelijk in de normale positie na het schoonmaken.
  • De liner mag niet binnenstebuiten gekeerd blijven of blootgesteld worden aan zonlicht of extreme hitte.
  • Laat de liner drogen op een bijgeleverde standaard of hang deze op aan een bijgeleverd hangertje.
  • De binnenkant kun je drogen met een hydrofiel luier of theedoek. Handdoek geeft pluisjes.
  • Het is belangrijk niet te schrobben, aangezien dit de binnenlaag van de liner kan beschadigen.
  • 1x per week de liner schoonmaken met alcohol 70%.
  • Wil je graag een crème op je huid doen, doe dit dan ‘s avonds als de liner uit is. De crème gaat ook in de kleine gaatjes zitten en sluit de gaatjes af. 

Opbouwschema van de prothese 

Opbouwen van het dragen van de prothese gaat in overleg met de revalidatiearts en de fysiotherapeute. 

Het aan- en uittrekken van de prothese

Het aan- en uittrekken van de prothese wordt met u geoefend tijdens uw revalidatiebehandeling. 

Schoonhouden van de prothese 

Dagelijks haalt u een vochtige doek door de koker heen van de prothese. 

Verzorging van de stomp 

  • Verzorg uw stomp goed. Dit betekent dat u de stomp dagelijks moet wassen met lauw water en een neutrale zeep.
  • Als u de stomp wast, inspecteer de stomp dan op eventuele drukplekjes of wondjes, de onderkant kunt u met een spiegel bekijken.
  • Maak de stomp goed droog voordat u de liner en prothese aan doet.
  • Bij een droge stomphuid kunt u ‘s avonds als u de prothese uit hebt een vettige crème gebruiken.
  • Als u langer tijd uw liner en prothese niet draagt is het aan te raden om uw stomp te zwachtelen of een elastische stompkous te dragen, dit voorkomt dat uw stomp in grootte toeneemt. 

Eventuele huidproblemen 

Door het dragen van de liner en prothese kunnen huidproblemen ontstaan. Voorbeelden hiervan zijn: 

  • Versterkt transpireren;
  • Blaarvorming;
  • Allergische reacties (roodheid en jeuk);
  • Open wondjes (met of zonder pus);
  • Ontsteking aan huid of haarzakjes;
  • Vasthechten van de huid aan het onderliggende bot. 

Controleer de stomp dagelijks met een handspiegeltje. Kijk zorgvuldig of er plekjes of wondjes op de huid te zien zijn. Meld huidproblemen altijd aan een van uw behandelaren of orthopedisch instrumentmaker. Zij kunnen u adviseren en eventueel
behandelen. Het kan voorkomen dat u de prothese tijdelijk niet kunt dragen, zodat de huid zich beter kan herstellen. Indien nodig verwijst de revalidatiearts u naar een dermatoloog. 

Voor het eerst gaan lopen met de prothese 

De prothese wordt afgeleverd aan u tijdens het amputatiespreekuur die de revalidatiearts, instrumentenmaker, revalidatieverpleegkundigen en fysiotherapeut gezamenlijk doen. Hierbij kan er gezamenlijke gekeken worden of de prothese goed zit, of de stand van de prothese goed is, of de lengte goed is en hoe u ermee kunt lopen. 

Als u voor de eerste keer de prothese aan krijgt, gaat u in de loopbrug voor het eerst staan en wanneer mogelijk lopen. Wanneer dit goed gaat, gaat de fysiotherapeut samen met u kijken welke hulpmiddelen er nodig zijn om het
lopen veilig te maken. U kunt en mag de prothese niet meteen hele dagen aan doen, dit in verband met de gevoeligheid van de stomp/huid. U krijgt een opbouwschema van ons, wanneer u de prothese mee naar huis mag nemen. 

Nadat de prothese mee naar huis mag, komt u twee keer in de week bij de fysiotherapeut om het lopen zo veilig en makkelijk mogelijk te maken.

  1. Een amputatie
  2. De operatie
  3. Na de operatie
  4. De prothese
  5. Naar huis, en dan?